Hoog boven de erwtensoep

24 Jan : Noiraigue - Grande Sagneule - Tête de Ran
In Noiraigue was de ochtend-opdracht duidelijk: raak bovenop die rotsen die het dorp domineren. Dus in één ruk van 700 naar 1200 m klimmen. 
Boven was het uitzicht merkwaardig: de wolkenplas die gisteren in de vallei hing had zich teruggetrokken maar had precies een wit bezinksel achtergelaten. In de mist was witte rijm ontstaan op bomen en gras, boven de mist had de zon gisteren alle rijm weggebrand. Heel speciaal, ik had zoiets nog nooit gezien. 

Daarna was het kilometers maken. Geen tijd voor extra's. Ook geen markante toppen hier: het eerste stuk tot les Tablettes gaat op en neer rond 1250 m en volgt een beboste rotskam. Het tweede deel is breder, met veel open weiland en klimt traag tot ongeveer 1450 m. Alleen op het einde lag er genoeg sneeuw om lekker met de raquettes te sporen. 
De Alpen zagen we vandaag eens niet, iets teveel nevel. De twee grote meren aan de voet van de Jura bleven ook vandaag onzichtbaar (dat zou ook zo blijven tijdens de rest van de tocht). Het supermooie weer waar ik nu al de hele week van profiteer, is voor de doorsnee Zwitser blijkbaar opgesloten zitten in een mistig smogdeken. 

In de namiddag een pijnlijke waarschuwing om het lijf niet te forceren: plots hevige pijn in een pees in de enkel, na een scherpe bocht op de raquettes. Verrokken? Dat zou dan 2 h afzien zijn tot de dichtste bus of treinhalte. 
Na een rustpauze met wat liefdevolle massage bleek alles terug goed te werken. De pees was alleen maar tijdelijk eventjes verschoven. Bedankt! Elke extra kilometer voelde echt aan als een cadeau. 

Na de Tête du Ran daalde ik af naar La Corbatiére en het treintje naar La Chaux-de-Fonds. Ik slaap in La Coquille, een soort cohousing die een deel van het huis vrijhouden als gastenverblijf. 

Reacties

Populaire posts van deze blog

Zwitserse Jura in de winter

hét mooiste keteldal

Fjorden in de Jura